Veilig werken met elektriciteit
Het is onmogelijk om in ons dagelijks leven geen gebruik te maken van elektriciteit. Daardoor ontstaan er grote gevaren bij het verkeerd omgaan met elektra.
Een ongeluk zit in een klein hoekje.
Ongelukken met elektriciteit gebeuren vaak omdat er gewerkt wordt met materiaal van een slechte kwaliteit. Veel van de ongelukken ontstaan ook door een gebrek aan kennis over elektriciteit en wat daarbij nog meer komt kijken. Onder stroom staan lijkt onschuldig, maar kan hele grote gevolgen hebben, van brandwonden,en botbreuken tot coma en hartstilstand. In dit artikel geven we jou een aantal tips om veilig te werken met elektriciteit.
Tip 1: Juiste kennis
Als eigenaar van een woning en/of als installateur ben je verantwoordelijk voor de veiligheid van de elektrische installatie. Daarom is het belangrijk als je aan de elektriciteit gaat werken je stil staat bij je eigen veiligheid en die van je eventuele medebewoners. Bij de snelle en kleine klus is het ook belangrijk om secuur te werken. Zo dien je elektriciteit in alle gevallen zorgvuldig te benaderen. Houd je aan de voorschriften van de NEN 1010 en het Bouwbesluit van 2012.
Tip 2: Spanningsloos werken
Veilig werken aan een elektrische installatie alleen mogelijk wanneer deze volledig spanningsloos is. Dit betekent dat er tijdens het werken geen spanning staat op het deel waaraan je werkt. Ook rond je werkplek mag niets onder stroom staan. Spanningsvrij maken doe je door de hoofdschakelaar uit te zetten, of je kan ook door middel van een aardlekschakelaar de spanning uitschakelen of losse groep delen van de installatie uitschakelen.
Tip 3: Verbindingen en lassen
Het is belangrijk met elektriciteitsdraden dat je deze goed met elkaar verbindt.
Bij een insteekverbinding zorg je dat je de draad goed onder het klepje is geplaatst. Bij een schroefverbinding is het belangrijk om de schroefjes zo aan te draaien dat de draad niet los kan komen, maar ook niet te strak. Hiervoor gebruik je een momentschroevendraaier, hiermee draai je alle schroeven aan met het juiste aandraaimoment. Als draden slecht verbonden zijn, kan dit gevolgen hebben voor je veiligheid, zo kan dit brand veroorzaken.
Met ‘lassen’ wordt in de elektrische installatietechniek het tot stand brengen van een elektrische verbinding bedoeld. Kies hierbij voor de meest veilige optie. Er is keuze uit lasdoppen, lasklemmen en kroonsteentjes. Een lasdop gebruiken, draai het gestripte draad in elkaar, plaats de lasdop over deze verbinding. Deze verbinding is betrouwbaar. De lasklem wordt het meest, ondanks dat de draden in een lasklem allemaal dezelfde kleur hebben. De lasklem gebruiken we niet alleen om elektradraden met elkaar mee te verbinden, maar ook om een aftakking te maken. De polen in een lasklem zijn intern met elkaar verbonden waardoor dit een veilige en makkelijke verbinding is.
Kroonstenen worden vaak gebruikt om lampen aan te sluiten. Deze verbinding mag niet belast worden dus een lamp ophangen aan een draad die met een kroonsteen is verbonden mag niet. Een lamp heeft namelijk een soepele draad en als je een soepele draad in een kroonsteen klemt kan de draad gaan rafelen en dat kan leiden tot gevaarlijke situaties.
Tip 4: Overbelasting van groepen voorkomen
Elk apparaat in je huis hebben een bepaald vermogen. Als je apparaten in je huis aansluit, moet je controlerenof een groep dat vermogen aankan. Hierbij moet je altijd uit gaan van het maximale vermogen van de apparaten. Als je meerdere apparaten op een groep aansluit en deze niet tegelijk aan staan, heb je geen probleem. Ga je echter over het maximale vermogen van de groep heen, dan springt de zekering of de stop van de groep.
Een zekering is maximaal 16 Ampère. Als je dit vermenigvuldigt met de spanning bereken je het maximale vermogen:
16 Ampère x 230 Volt = 3680 Watt (kVA)
De vuistregel is dat je maximaal 3500 Watt mag aansluiten op één groep. De netspanning in Nederland is meestal rond de 230 Volt, hierdoor heb je nog wat speling. Wanneer je al het vermogen van de apparaten optelt, zie je hoe zwaar je de groep belast. Kom je boven 3500 Watt, dan is de groep overbelast.
Tot slot
In dit artikel geven we je een aantal tips om veilig te werken met elektriciteit. Zorg altijd voor een spanningsloze omgeving. Waarom? Wel, je kan spanning niet zien of ruiken. Daarnaast is het belangrijk dat je ook voldoende kennis hebt om aan de slag te gaan met elektriciteit. Weet het niet of kom je er niet uit? Neem dan contact op met een expert. Anders loop je op een later moment kans op veel schade en meer kosten dan je had verwacht.